Advocaat daagt SVB voor rechter om AOV-indexering en geheime documenten

In dit artikel:

Advocaat Dennis Evertsz sleept de Sociale Verzekeringsbank (SVB) naar de rechter omdat de instantie volgens hem te lang weigert te beslissen over indexering van AOV‑pensioenen en tegelijk documenten geheimhoudt. Evertsz zegt dat de SVB wettelijk binnen een redelijke termijn moet reageren; nadat eind augustus telefonisch twee weken toezegging werd gedaan, bleef antwoord uit. Hij vraagt de rechter de SVB te dwingen een beslissing te nemen en eist bij uitblijven een dwangsom van 500 gulden per dag (max. 15.000 gulden).

De kernzaak betreft de ontbrekende indexering: Evertsz stelt dat die al in 2016 ingegaan had moeten zijn op basis van het economische groeicijfer van 0,05% uit 2015, waardoor het AOV‑bedrag volgens zijn berekening zou uitkomen op 1.055,79 gulden. Hij verwerpt het verjaringsargument van de SVB omdat er volgens hem nog geen formeel indexeringsbesluit bestaat en de regeling vanaf het moment van pensioengerechtigdheid (voor april 2022) moet tellen.

Daarnaast procedeert hij tegen het geheimhouden van stukken over herziening van de indexeringsformule en een conceptwet. De SVB beroept zich op intern beraad en bescherming van nationale financiële belangen; Evertsz noemt die afscherming tegenstrijdig met een aangekondigd nationaal dialoogtraject. Minister Silvania zou publiek hebben verklaard dat een conceptstuk wél beschikbaar is, wat de advocaat extra vragen oplevert.