Hof: Venezolaan krijgt geen bescherming

In dit artikel:

Een Venezolaanse man krijgt geen internationale bescherming op Curaçao, oordeelt het Gemeenschappelijk Hof van Justitie in een uitspraak van 5 november. De asielzoeker was in september 2020 per boot op het eiland aangekomen en vreesde bij terugkeer represailles van de speciale veiligheidseenheden FAES in Venezuela. Zijn asielaanvraag werd door de minister van Justitie in oktober 2024 afgewezen; een eerdere rechterlijke uitspraak in mei verklaarde zijn beroep ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging met advocaat Zahedi.

De man stelde onder meer dat het gehoor onzorgvuldig was verlopen omdat er geen tolk aanwezig was en hij onvoldoende juridische bijstand had, en dat de gehoormedewerker door opsporingstaken niet onafhankelijk kon zijn. Het Hof vond de procedure wel zorgvuldig: volgens het dossier spraken beide partijen voldoende Spaans, verklaringen zijn vastgelegd en met de man besproken, en hij heeft het verslag niet aangevuld of gecorrigeerd. De betrokken medewerker was getraind en volgde richtlijnen.

Substantieel concludeert het Hof dat de door de man aangevoerde risico’s niet aantonen dat hij bij terugkeer een individueel risico loopt op behandeling in strijd met artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Eerdere mishandeling vond plaats tijdens een poging tot illegale uitreis en is daardoor niet als individueel onderscheidend beoordeeld; familiebanden op Curaçao geven geen recht op bescherming.