Nederlandse eigenaar villa's moet alsnog omzetbelasting betalen

In dit artikel:

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao heeft op 25 november geoordeeld dat het verhuren van onroerend goed voor vakantiegebruik vrijwel altijd als een economische activiteit geldt, waardoor de eigenaar automatisch als ondernemer voor de omzetbelasting wordt aangemerkt. De zaak betrof een in Nederland wonende man die drie villa’s op Curaçao het hele jaar door via platforms als Airbnb, Micazu en VRBO verhuurde en maandelijks opbrengsten realiseerde.

Tijdens een boekenonderzoek concludeerde de rechter dat het structureel verhuren van die villa’s neerkomt op het exploiteren van een vermogensbestanddeel met het doel duurzaam inkomen te genereren; schommelingen in de huuropbrengst of het ontbreken van een gegarandeerd inkomen veranderen daar volgens het Gerecht niets aan. De Belastingdienst mocht daarom naheffingsaanslagen omzetbelasting opleggen.

Drie naheffingsaanslagen stonden ter beoordeling. Het beroep tegen de aanslag van november 2023 werd niet-ontvankelijk verklaard omdat het te laat was ingediend. De aanslagen en boetes over december 2023 en januari 2024 blijven ongewijzigd; zwarigheid ontstond doordat de man wel aangifte deed maar niet tijdig betaalde, waardoor telkens een boete van 150 gulden volgde.

De uitspraak benadrukt dat particuliere vakantieverhuur op Curaçao in de praktijk tot belastingplichtig ondernemerschap kan leiden, ook bij eigenaren die in het buitenland wonen. Voor verhuurders via (internationale) platforms betekent dit dat zij rekening moeten houden met lokale btw/plicht, tijdige aangifte en betaling en mogelijk advies van een belastingadviseur.