"Onze kinderen zijn Curaçaoënaars — Nederland heeft dus geen twee WK-teams, maar één team en één koloniaal misverstand."

dinsdag, 25 november 2025 (14:03) - Curacao.nu

In dit artikel:

De afgelopen weken ontstond op Curaçao een felle discussie over wie “echt Curaçaos” genoeg zou zijn om zich uit te spreken over cultuur, taal en geschiedenis. In een opinie van Tico Vos (Nos Ke Sa) wordt die strijd gepositioneerd als een voorteken van ingesleten koloniale denkpatronen: Curaçaose gemeenschappen nemen dezelfde selectieve criteria over die Nederland decennialang hanteerde om te bepalen wie wél of geen volwaardige Nederlander is.

Het patroon tekent zich vooral scherp af in de sport: succesvolle atleten worden moeiteloos als “Nederlanders” omarmd zodra zij presteren op internationaal niveau. Hun afkomst, huidskleur of achtergrond verdwijnen uit het gesprek zodra medailles of plaatsing behaald zijn. Tegelijkertijd blijven kennisdragers, taalkundigen en cultuurmakers buiten die arena vaak twijfels horen over hun “authenticiteit” — zelfs wanneer zij door Curaçaose instellingen zijn uitgenodigd vanwege vakmanschap of bijdragen aan identiteitsvorming. De maatstaven schuiven afhankelijk van wat iemand past in het klein gemaakte beeld: te succesvol is ineens niet authentiek genoeg, te onzichtbaar is niet representatief.

Vos wijst erop dat het onderscheid tussen autochtoon en allochtoon in Nederland geen spontane etiketgeving was maar beleid met concrete gevolgen voor generaties. Diezelfde reflex dreigt nu intern te worden herhaald op Curaçao, terwijl juist erkenning en verbondenheid de maatstaf zouden moeten zijn. Volgens de auteur bepaalt niet een geboorteakte of bureaucratische definitie iemands Curaçaose identiteit, maar betrokkenheid bij het eiland, taalgebruik, bijdragen aan de gemeenschap en liefde voor het land — ongeacht waar iemand geboren is.

De boodschap is tweeledig: realisme en zelfrespect. Curaçao hoeft niet de classificaties van Den Haag over te nemen; in plaats daarvan moet het eiland haar jongeren en cultuurdragers als volwaardige deelnemers erkennen. Vos benadrukt dat de jongeren die thuis bekritiseerd worden, morgen door Nederland toegejuicht kunnen worden zodra ze internationaal doorbreken — een dubbele standaard die doorbroken moet worden.

De oproep sluit af met een optimistische noot: de zogenoemde “Blue Wave” van nieuw talent en cultuurproductie is niet te stoppen. Wie op Curaçao bouwt, spreekt, onderwijst, creëert of bijdraagt, is Curaçaoënaar. Het is tijd deze brede definitie te omarmen en zowel in Den Haag als thuis af te rekenen met verouderde, verdeelde identiteitscriteria.